Wijn. Het is een van de oudste dranken op aarde, zeker als we kijken naar alcoholische dranken. We drinken het met z’n allen ontzettend veel, en het is een staple op feestjes, in chique restaurants, of gewoon lekker thuis op de bank. Er zijn zelfs allerlei gidsen over welk eten er bij welke wijn past. Wijn is dus best een integraal deel van onze cultuur en onze geschiedenis (gelukkig kan je in de quarantaine ook nog kiezen voor de optie wijn bezorgen, als je niet naar de winkel kan). Maar hoe is wijn ontstaan? En waarom drinken we het nu nog steeds?
Een korte geschiedenis
Zoals ik al zei, wijn is oud. Echt oud. De wijnstok die de druiven produceert waar wijn van gemaakt wordt, groeide origineel in de Kaukasus, een gebied op de zuidoostelijke grens van Europa en het westen van Azië. Door handel met het Midden-Oosten verspreidde zowel de druiven als de kennis van wijnbouw zich onder andere naar het Oude Egypte, waar al sinds 3000 v.Chr. geschriften gemaakt en gevonden zijn die spreken over wijn en wijnbouw. Ongeveer 2000 v.Chr. bereikt de wijnstok en de wijnbouw het Oude Griekenland, waar het eveneens omarmd en zelfs vereerd werd. De Griekse God Dionysos is, onder andere, de god van de wijn. Hierna werd de wijnbouw verspreidt naar Zuid-Italië, en vanuit Italië vond het zijn weg in de rest van Europa.
Het wijnbouwproces
Nu weten we dus waar onze wijn oorspronkelijk vandaan komt, maar we weten nog altijd niet hoe de vloeistof die jij nu thuis laat bezorgen echt tot stand komt. Het wijnbouwproces begint met het oogsten van de wijndruiven. Hierna worden de druiven ontdaan van hun steeltjes (deze kunnen de wijn bitter maken) en geperst. Het sap dat dan ontstaat, heet “most”. Voordat de most gezeefd wordt, weken de schillen, pitjes en soms ook de steeltjes eerst een aantal uur in het sap. Hierdoor komt er een stof vrij genaamd tannine, die zowel meer kleur als smaak toevoegt. Hierna moet de most gaan gisten. Dit kan door het sap simpelweg een lange tijd alleen te laten, of door er koolzuurgas bij te laten. Hoe lang een wijn moet gisten, ligt aan wat voor wijn je wilt en wat voor druiven je gebruikt. Na de gisting wordt de wijn gezeefd en in vaten gestopt. De diepe, rode wijnen worden in eikenhouten vaten bewaard, maar lang niet alle wijnen zijn daar geschikt voor. Andere wijnen hebben juist roestvrijstalen vaten nodig.
Dus, de volgende keer dat je lekker op de bank zit met een glaasje rood of wit, bedenk je dan nog eens wat voor een reis deze drank heeft afgelegd. Niet alleen praktisch, maar ook historisch. Best gaaf, toch?